Index Bee-hive Bee-line
Bee-talk       Archive     Forum     Poll

 

 

A human touch and a place of values
in a world of facts and plenty of junk

 

 

[ Next Article | Previous Article | Bee-archive ]

 

Bee-line essay, "Zus en zo."

Original article submitted on 21/12/03 at 14:42.

Weemoed schuifelt door mijn aderen terwijl de wind huilt door de ramen
op deze mistroostige grijze natte zondag aan het begin van een nieuwe winter.
Vandaag verjaart mijn zus en hoe zou het anders kunnen: het (weer) is weer niet om aan te zien.

Moest ik niet beter weten, ik zou denken dat ze het erom doet.
Maar al had ze dit weertje speciaal besteld, ik zou het haar niet kwalijk nemen.
Net zo min dat ze op de 44 jaren dat we elkaar hebben gekend, ze nooit een woord tegen me heeft gesproken.
Zelfs voor het uitrukken van bosjes haar, voor het tot bloedens toe gebijt of venijnig gekrab in mijn armen, pleitte ik haar reeds als kind volkomen onschuldig.
Ze was mijn zus, ik had er maar 1 en met vrije keuze was ze niet gezegend want
"Toen zij werd geboren verslikte God zich ... of had hij kramp?"

In het midden van de zitkamer lag ze, in een voor haar speciaal gemaakte ligzetel, haar leven te "lijden".
Dagen en nachten lang kon zij het aanhoudend uitschreeuwen zodat haar gehuil tot op straat hoorbaar was en mijn ouders verlegen maakte.
Haar handen en armen omzwachteld met repen versleten lakens zodat ze niet stukken uit haar armen kon bijten of haar hoofdhaar uitrukken.
In de jaren vijftig en zestig bleek niemand te kunnen helpen, de medicatie nog niet voorhanden om het leven leefbaar te houden.
Als jong knaapje ging veel van dit alles met het spelen schijnbaar achteloos voorbij maar voor mijn ouders moet het een hel geweest zijn.
Later kreeg ze een tijdlang medicatie, ze werd ouder, gelatener en rustiger.
Had ze zich verzoend? vraag ik me wel eens af.

Als mijn vader voor haar zong, dan blonken haar ogen van blijdschap, klapte ze in de handen en bracht de meest vreemde geluiden voort.
Als hij stopte, dan maakte ze hem met schrille geluiden duidelijk dat ze meer wilde.
Dat waren uitzonderlijke momenten van communicatie, momenten van intense verbondenheid.
Ultieme vreugde en geluk tussen de 4 muren van een rijhuisje waar het alledaags verdriet even sprakeloos stond.

Het maakte niet uit welk liedje er gezongen werd.
Alhoewel.
Er was er eentje dat absoluut niet kon.
Als ze dat liedje hoorde, barstte ze zo in snikken uit dat ze nog amper te troosten viel.
Haar geween kwam dan zo uit het diepst van haar hart dat we er met z'n allen zelf stil bij gingen huilen. Mijn moeder vertrok dan naar de keuken, mijn vader naar het kolenhok en ik zocht mijn eigen plekje ergens in huis.
Ik weet zeker dat jullie het in twijfel zullen trekken.
Het is een oud liedje dat de jongere generaties vermoedelijk nooit zullen gehoord hebben maar de tekst spreekt voor zich:
"Vogeltje gij zijt gevangen
in uw hokje zulde gij hangen"
Het klinkt ongelovelijk en vreemd maar toch is het de waarheid.
Leven als een plant, zonder gevoel zonder pijn?

Mijn zus deemsterde weg na de dood van mijn vader, zij stierf tien jaar terug letterlijk van verdriet.
Voor haar doodsprentje zocht ik iets dat gestalte kon geven aan haar wezen, op de valreep kon zeggen wat zij nooit had kunnen uiten.
Ik kwam terecht bij het bloedstollend gedicht " een hert" van H. Marsman.

een hert

niet alleen om het tedere beloop
van hare enkels die als bij de ree‘n
bijna te breekbaar leken voor haar romp;
noch om haar half geloken ogen
die vol van vreemde bange dromen waren
en zacht amandelvormig,
noch om het vage trillen van haar wimpers
of om de tere schelpen van haar mond.

maar om iets onnaspeurlijk wonderbaars en koninklijks;
iets avondlijks dat veel langs meren dwaalde
en dat, gewond door pijn maar dieper door vermoeden
het leven als iets zo ontzettend duisters voelde
dat het vergeefs en radeloos een uitweg zocht.

maar dien niet vond; en in 't verborgene
onhoorbaar snikkend, lag zij met grote open ogen
langzaam en geheimzinnig te verbloeden.

Vrijdagavond zat ik in een taverne iets te eten toen er een familie binnenkwam met drie jonge kinderen waarvan het jongetje in een rolstoel zat.
Even later reden de zusjes met de jongen naar het toilet. Eentje duwde de rolstoel, de andere hield de deur open.
Geen gezeur, geen gemopper, gewoon heel vanzelfsprekend, zes handjes op 1 buik.
Mooi en hartverwarmend.


If you like to post a response to this Bee-line, fill out this form completely...

Response Subject:
Author:
Author's email:
Response Message:


Copyright © 2001, Midgard bvba. All rights reserved.
be.aware is a trade mark of G. De Snijder